vrijdag 30 maart 2018

Loondispensatie en de kunst van het cijferen

Ondanks bezwaren van gemeenten, werknemers en een deel van de werkgevers, houden het kabinet en de regeringspartijen vast aan een verschuiving van loonkostensubidie naar loondispensatie. Moties van de oppositie om het kabinet alsnog op andere gedachten te brengen of althans af te remmen haalden dinsdag geen meerderheid. Het kabinet komt na de zomer met een voorstel en de wet moet in juli 2019 van kracht worden. De vakbeweging reageerde teleurgesteld. Cedris roept staatssecretaris Van Ark op het huidige instrument loonkostensubsidie te behouden én te verbeteren. Niet alleen de werknemers, maar ook voor werkgevers blijkt de nieuwe regeling echter nadelig. Werken loont maar dan wel met een rafelrandje. Uiteindelijk liegen cijfers nooit.

Loonkostensubsidie
Momenteel is het zo dat werkgevers loonkostensubsidie ontvangen als zij iemand in dienst nemen die minder kan verdienen dan het wettelijk minimumloon; het verschil tussen de loonwaarde van de werknemer en het minimumloon wordt dan vergoed. Werkgevers kunnen daardoor gehandicapte werknemers nu een volwaardig minimumloon of cao-loon betalen, omdat ze van de gemeente een subsidie krijgen ter compensatie van hun lagere productiviteit. Stel je hebt een vastgestelde loonwaarde van 50%. Je gaat aan de slag bij een werkgever tegen het minimumloon. De werkgever krijgt dan compensatie voor de overige 50% door middel van loonkostensubsidie.

Loondispensatie
Staatssecretaris Van Ark van Sociale Zaken en Werkgelegenheid wil de loonkostensubsidie omzetten in loondispensatie. In het regeerakkoord is namelijk afgesproken om voor nieuwe arbeidscontracten over te stappen op loondispensatie. De werkgever betaalt de werknemer naar zijn (lagere) loonwaarde en de gemeente legt het verschil met het minimumloon bij voor de gewerkte uren. Dat betekent dat de werkgever aan iemand met een arbeidsbeperking minder dan het minimumloon mag betalen. In het voorbeeld bij 50% loonwaarde de helft van het minimumloon.

Werknemer
De werknemer ontvangt niet langer één loonstrookje waarbij over het gehele bedrag ook nog een pensioen- en werkloosheidspremies werd ingehouden. Pensioen vervalt grotendeels of helemaal afhankelijke van de franchise. WW gaat alleen nog maar over loonwaarde. De werknemer moet vervolgens zelf regelen dat het loon wordt aangevuld door de sociale dienst tot maximaal minimumloon. In de nieuwe opzet heeft de werknemer dan te maken met twee inkomstenbronnen. Mensen die wegens werkende partner of eigen vermogen geen recht hebben op een uitkering, krijgen helemaal geen aanvulling meer, terwijl ze nu minstens op het minimumloon zitten.

Tussen wal en schip
Twee groepen dreigen echter nu tussen wal en schip te belanden, de zogenaamde Nuggers en jongeren vanuit het Voorgezet Speciaal Onderwijs en het Praktijkonderwijs. Zij zouden alleen nog maar naar hun loonwaarde worden betaald en geen recht meer hebben op een aanvullende uitkering, omdat ze via spaargeld, werkende partners of ouders in hun onderhoud kunnen voorzien. Tot 27 jaar hebben jongeren niet in alle gevallen recht op bijstand en kennen de jongeren vaak de weg naar de gemeenten niet. Voor zover ze dat al niet waren, verdwijnen deze jongeren onder de radar.

Werkgevers
Werkgeversorganisatie VNO-NCW vindt het huidige systeem van loonkostensubsidie te omslachtig en te bureaucratisch. De afspraak om in 2026 125.000 extra werkplekken tot stand te brengen voor deze groep werknemers dreigt, zo is de stelling, daardoor buiten bereik te blijven. Voorlopig blijkt het tegendeel, want de werkgevers zitten prima op schema. Uit onderzoek van Cedris klinkt nog een ander geluid. Hieruit blijkt dat ruim zeventig procent van de werkgevers die werken met loonkostensubsidie geen behoefte heeft aan het nieuwe instrument loondispensatie. Tachtig procent van hen is positief tot zeer positief over het huidige instrument loonkostensubsidie. Wie het weet mag het zeggen.

Nadelen werkgevers
Eén ding is wel duidelijk. Een nadere berekening van de Loondispensatie leert dat deze financieel nadelig is voor werkgevers. Met de loonkostensubsidie vervalt tegelijkertijd ook de zogenaamde bruto werkgeverscompensatie van 23,5% over de loonkostensubsidie. Dat scheelt bij 50% loonkostensubsidie een krappe € 3.000, - per jaar. De lage inkomensvoordeel vervalt eveneens, maar daarvoor in de plaats kan Loonkostenvoordeel worden ingezet. Dat maakt netto dus niet uit. In de Kamerbrief van Sociale Zaken afgelopen dinsdag over de voorgenomen maatregel wordt met geen woord gerept over de werkgeverscompensatie. Sterker nog, het hele discours over inkomen en kosten is opgebouwd uit netto bedragen. Tja, cijfers kunnen niet liegen maar leugenaars kunnen blijkbaar wel cijferen. Als ik VNO-NCW was zou ik toch maar eens gaan praten met hun leden. Wie weet heeft Cedris dan toch gelijk.



vrijdag 9 februari 2018

Zwakste schouders zwaarste lasten

Kabinet houdt vast aan loondispensatie
Staatssecretaris Tamara van Ark van Sociale Zaken heeft donderdag laten weten dat het kabinet vast houdt aan het voornemen om de loonkostensubsidie voor arbeidsgehandicapten te vervangen door een zogeheten loondispensatie. Dit naar aanleiding in een Kameroverleg over de voortgang van de Participatiewet. Onderdeel van die wet is de afspraak dat er 100.000 banen in de marktsector en nog eens 25.000 bij de overheid worden gecreëerd voor mensen die arbeidsbeperkt zijn door ziekte of handicap. Mede gefinancierd door middel van loonkostensubsidie.

Omstreden maatregel
De loondispensatie houdt in dat werknemers met een arbeidsbeperking voortaan betaald worden conform hun productiviteit. Het kleine deel salaris dat zij krijgen wordt aangevuld met een uitkering van de gemeente. Nu verdienen deze mensen nog het minimumloon. De werkgever betaalt het volledige loon en krijgt vervolgens een loonkostensubsidie op basis werkelijke loonwaarde. De werkgever wordt dus door de gemeente gecompenseerd voor het verschil tussen het salaris en de werkelijke loonwaarde van de werknemer. Afschaffing van de loonkostensubsidie betekent een verslechtering voor de arbeidsgehandicapte, omdat het in de praktijk zou betekenen dat zij onder het minimumloon kunnen uitkomen. Op jaarbasis scheelt dit zo’n € 5.000 netto.

Redenering Kabinet
Volgens Van Ark zal de loondispensatie werkgevers prikkelen om eerder arbeidsgehandicapten in dienst te nemen omdat er dan sprake is van één regeling. Met de gedachte dat mensen allemaal met hetzelfde instrument worden geholpen, zodat het voor werkgevers niet uitmaakt wie ze aan het werk hebben. De vraag is of een werkgever op zoek is naar één regeling of dat de werkgever op zoek is naar een passende werknemer voor het vacante werk.

Doelstelling niet gehaald
Opvallend is dat werkgevers redelijk op schema liggen als het gaat om het bieden van werkplekken voor gehandicapten door middel van de zogenaamde garantiebanen. Degene die verzaakt is juist de overheid. Die heeft inmiddels al een quotumwet aan de broek omdat de beoogde doelstellingen achterblijven. Met verplicht beschut werk is het nog dramatischer. Het beschut werk komt ondanks de wettelijke verplichting voor gemeenten nog steeds niet of nauwelijks van de grond. Er zijn in 3 jaar tijd 735 beschutte banen gerealiseerd van de op termijn beoogde 30.000, waaraan het kabinet ook nog eens 20.000 extra banen wil toevoegen. Wat is nu het probleem en van wie?

Kwetsbare doelgroep
Degene die in de problemen komen is wel duidelijk. Dat zijn de mensen met een arbeidsbeperking. In de nieuwe situatie worden zij geconfronteerd met meerdere inkomstenbronnen. Bovendien bouwt de werknemer bij loondispensatie geen pensioen meer op, en kan hij geen aanspraak maken op een werkloosheid- of arbeidsongeschiktheidsuitkering. Maar bovenal, het inkomen gaat van minimumloon naar bijstandsniveau.Werken loont dus op deze manier niet.

Garantiebanen en Beschut werk
De aanvankelijk redenering onder de Participatiewet was dat de instroom van gehandicapten in de Sociale Werkvoorziening per 1 januari 2015 wordt stopgezet. Daarvoor in de plaats komt een regeling voor zeer kwetsbare doelgroepen. De zogenaamde Beschut werkplekken. In totaal moeten dit er 30.000 worden. Daarnaast komen er zogenaamde Garantiebanen, waarvan 100.000 bij bedrijfsleven en 25.000 bij de overheid. Mede gefinancierd met loonkostensubsidie. Dat laatste wordt nu afgeschaft. Conclusie. De overheid verzaakt haar opdracht en legt de rekening daarvoor neer bij de zwakste partij. De kwetsbare doelgroepen op de arbeidsmarkt, waarvoor het al lastig is om werk te bemachtigen en financieel rond te komen.